Toelichting financieel resultaat
We verantwoorden onze financiële cijfers op hoofdlijnen. Dat betekent dat we afwijkingen alleen toelichten wanneer ze € 50.000 of hoger zijn. De post “overig” gaat telkens over één of meerdere afwijkingen die kleiner zijn dan € 50.000. Posten die politiek relevant zijn lichten we wel toe.
Bij de toelichting op het financiële resultaat nemen we voordelen op als een positief bedrag en nadelen als een negatief bedrag.
We ronden de bedragen af op € 1.000. Hierdoor kunnen afrondingsverschillen ontstaan.
(bedragen x € 1.000) | Bedrag | V/N |
---|---|---|
1. Participatiewet: Bonus beschut werken We hoeven de bonus beschut werken 2019 niet door te betalen aan het Werkplein. | 133 | V |
2. Werkplein: dubieuze debiteuren We kunnen de taakstelling op de voorziening dubieuze debiteuren niet realiseren. De gehanteerde berekeningsmethodiek van de accountant laat een lagere voorziening niet toe. | -30 | N |
3. Participatiewet: dubieuze debiteuren Werkplein In 2020 bleek € 173.000 aan bijstandsvorderingen niet inbaar. De voorziening dubieuze debiteuren vullen we met dit bedrag aan. | -173 | N |
4. Participatiewet: organisatiekosten Het voordeel op de organisatiekosten wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de ontvangsten uit het BTW-compensatiefonds voor activiteiten over de periode 2015-2019 naar aanleiding van een gerechtelijke uitspraak. | 167 | V |
5. Participatiewet: bijstand Het aantal uitkeringsgerechtigden steeg minder sterk dan het Werkplein in de begroting opnam. Ondanks de economische recessie kon het Werkplein toch veel uitkeringsgerechtigden aan het werk helpen. | 123 | V |
6. Participatiewet: bijzondere bijstand We gaven minder uit aan minimabeleid, omdat de uitgaven via de webshop aanzienlijk lager waren. Belangrijkste oorzaak hiervan is dat door de coronacrisis en de lock-downmaatregelen veel leveranciers van de webwinkel (binnen-en buitensport, bioscopen, dierentuinen enzovoort) in 2020 gesloten waren. | 98 | V |
7. Participatiewet: re-integratie Door de coronacrisis kochten we minder leerwerk- en re-integratietrajecten in dan waarmee we in de begroting rekening hielden. Ook andere kosten voor re-integratie vielen hierdoor lager uit. | 157 | V |
8. Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandige Ondernemers (Tozo) In de jaarrekening geeft het Werkplein aan dat voor de uitvoering van de Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandige Ondernemers (Tozo 1-2-3) een bijdrage van het Rijk werd ontvangen voor de uitvoeringskosten. Dit is voor de afhandeling van de aanvragen levensonderhoud en aanvragen bedrijfskredieten. De uitvoeringskosten bij het Werklplein vielen lager uit. Deze werkzaamheden werden gedeeltelijk in de reguliere bedrijfsvoering opgevangen. | 407 | V |
9. Jeugdzorg: Zorg in Natura en Persoonsgebonden budget Het budget voor jeugdzorg voor Zorg in Natura en Persoonsgebonden budget heeft een positief resultaat van € 473.000. We houden er hierbij rekening mee dat zorgaanbieders nog voor ongeveer € 0, 8 mln zorg declareren van zorgtrajecten, die in 2020 zijn afgehandeld. De vraag naar jeugdzorg stijgt nog steeds. Ons uitgangspunt is om passende en meteen de juiste zorg te bieden (licht waar mogelijk, zwaar waar nodig). Dit leidt tot meer efficiënte en daarmee goedkopere zorg. Ook verwachten we dat door coronacrisis zorg en ondersteuning is uitgesteld. | 473 | V |
10. Jeugdzorgplus Jeugdzorgplus is de meest dure vorm van jeugdzorg. Voor de jeugdzorgplus werken we bovenregionaal samen met de jeugdzorgregio’s West Brabant Oost, West Brabant West en Zeeland. Het gebruik van jeugdzorgplus door onze regio is aanzienlijk hoger dan de € 151.000 die we opnamen. De kosten volgens de eindafrekening bedragen € 316.000. | -165 | N |
11. Jeugdzorg: Veilig Thuis We ontvingen € 112.000 terug van de gemeente Breda. Dit is een overschot op de Decentralisatie Uitkering Vrouwen Opvang (DUVO). Het Algemeen Bestuur van Veilig Thuis besloot om dit bedrag terug te betalen aan de regiogemeenten. De kosten van Veilig Thuis worden voor de helft in rekening gebracht bij Jeugdzorg en de helft bij Wmo. | 56 | V |
12. Jeugdzorg: compensatie meerkosten Corona We ontvingen van het Rijk een bijdrage om zorgaanbieders te compenseren voor de meerkosten, die zij voor de uitvoering van de Jeugdzorg en Wmo in 2020 maakten door de coronacrisis. We stelden hiervoor een subsidieregeling vast. Voor Jeugdzorg gaat het om € 61.000 en voor Wmo € 87.000. Dit leidt op programma 0 tot een voordeel en op programma 6 tot een nadeel, per saldo budgettair neutraal. | -61 | N |
13. Wmo: woonvoorzieningen Het tekort op de woonvoorzieningen wordt vooral veroorzaakt door de stijgende kosten voor trapliften. Dit komt door een nieuwe aanbesteding vanaf 2020 en door een stijging van het aantal geplaatste trapliften. De oorzaak van deze stijging is de vergrijzing en het feit dat ouderen zoveel mogelijk zelfstandig blijven wonen. Door de krapte op de woningmarkt en met name op die van aangepaste woningen honoreren we meer aanvragen voor deze woonvoorziening. Ook de invoering van het abonnementstarief speelt een rol, zodat meer inwoners een beroep doen op woonvoorzieningen. | -67 | N |
14. Wmo: persoonsgebonden budget In 2020 deden minder inwoners een beroep op de maatwerkvoorzieningen Huishoudelijke Ondersteuning en Begeleiding in de vorm van een persoonsgebonden budget. We denken dat dit komt door coronacrisis. | 122 | V |
15. Wmo: deeltaxi Door de coronacrisis is het aantal verreden ritten met de Deeltaxi fors gedaald. Hierdoor ontvingen we minder bijdragen van de klanten. Volgens bestuurlijke afspraken met het Rijk compenseerden we de vervoerder met 80% voor de niet verreden ritten. | -56 | N |
16. Wmo: ambulantisering GGZ We ontvingen middelen voor de ambulantisering GGZ. We besloten deze middelen in te zetten voor een tijdelijke uitbreiding van de formatie van de wijk ggz-er. Door de coronacrisis nam de druk op de wijk ggz-er het afgelopen jaar toe. | 36 | V |
17. Wmo: compensatie meerkosten Corona We ontvingen van het Rijk een bijdrage om zorgaanbieders te compenseren voor de meerkosten, die zij voor de uitvoering van de Jeugdzorg en Wmo in 2020 maakten door de coronacrisis. We stelden hiervoor een subsidieregeling vast. Voor Jeugdzorg gaat het om € 61.000 en voor Wmo € 87.000. Dit leidt op programma 0 tot een voordeel en op programma 6 tot een nadeel, per saldo budgettair neutraal. | -87 | N |
18. Wmo: Veilig Thuis We ontvingen € 112.000 terug van de gemeente Breda. Dit is een overschot op de Decentralisatie Uitkering Vrouwen Opvang (DUVO). Het Algemeen Bestuur van Veilig Thuis besloot om dit bedrag terug te betalen aan de regiogemeenten. De kosten van Veilig Thuis worden voor de helft in rekening gebracht bij Jeugdzorg en de helft bij Wmo. | 56 | V |
19. Huisvesting/verduurzaming en Wmo proof We investeerden meer in verduurzaming en Wmo-proof maken van gebouwen, waardoor hogere kapitaallasten ontstaan. Deze verrekenen we met de reserves. | -33 | N |
20. Mutaties reserves We investeerden meer in verduurzaming en Wmo-proof maken van gebouwen, waardoor hogere kapitaallasten ontstaan die we verrekenen met de reserves. | 33 | V |
21. Overig Eén of meerdere afwijkingen, kleiner dan € 50.000. | 320 | V |
Resultaat programma 6 | 1.509 | V |